Foeperpot

Ingeklemd tussen de Drul en de woonwijken van Mansberg en Gavinstraat ligt een bijzonder gebiedje, de Foeperpot. Het terreintje midden tussen woonwijken heeft zich sinds 1988 langzaam maar gestaag ontwikkeld tot een bijzonder mooi nat, schraal hooiland met een grote soortenrijkdom. Regelmatig lopen er groepen schoolkinderen rond, op zoek naar alles wat groeit en bloeit.

"Foeperen" is Groesbeeks voor "op en neer gaan": de grond beweegt als je eroverheen loopt. Dit komt door het drassige en venige karakter van het gebied. Een halve eeuw geleden leek dit schrale graslandje nog veel op de velden in De Bruuk waar we allerlei zeldzame planten aantreffen. Bemesting, grondwatervervuiling en verkeerd beheer hadden echter in twintig jaar tijd een groot aantal plantensoorten doen verdwijnen. Toen aan het eind van de jaren tachtig woningbouw rond de Foeperpot werd gerealiseerd, heeft de Werkgroep Milieubeheer Groesbeek voorgesteld het gebiedje te gebruiken voor educatieve natuurontwikkeling. Of in gewoon Nederlands: het zou ingericht moeten worden als natuurgebied en tegelijkertijd een plaats zijn waar kinderen spelenderwijs in aanraking kunnen komen met natuur. De gemeente ging akkoord met dit plan. Eerst is er een sloot gegraven en een 'uiterwaardengebied' dat bij stortbuien overtollig water tijdelijk moet bergen. Verder is een talud van de Drulse Beek verflauwd, de bedding wat ondieper gemaakt en een kronkel in de beek aangelegd.

Meer vrijwilligers, meer natuur
De Werkgroep Milieubeheer Groesbeek is verantwoordelijk voor het beheer van de Foeperpot. Dit beheer wordt o.a. met vrijwilligers van de werkgroep Landschapsbeheer Groesbeek uitgevoerd. Het is vooral aan het vele werk van deze vrijwilligers te danken dat de Foeperpot in vijftien jaar tijd is uitgegroeid tot een bijzonder natuurgebiedje. Jaarlijks wordt met een speciale maaimachine gemaaid, omdat gewone landbouwmachines te zwaar zijn voor de vochtige bodem. Door de afvoer van het hooi verschraalt het gebied langzamerhand en komt de oorspronkelijke bloemenpracht weer terug. Ook knotten vrijwilligers de wilgen en wordt het struweel afgezet.

Wilgen knotten
Naast het jaarlijkse maaien (en afvoeren maaisel) van de graslanden zijn er regelmatig andere onderhoudsklussen te doen, zoals het terugzetten van het struweel en het knotten van de wilgen. Dat laatste stond bijv. op het programma van Landschapsbeheer Groesbeek tijdens de eerste werkochtend van 2016. Eerst was er een minicollege van Ben Braster uit Ooij – misschien wel DE wilgenexpert van Nederland – die uitleg gaf over het hoe en waarom van de (knot)wilg en zijn cultuurhistorie. Daarna aan de slag met ter plekke nog instructie over hoe je nu het beste de knotwilgen van de Foeperpot, die tot dan toe op onze manier waren gesnoeid, weer in model kunt krijgen. De bedoeling is vooral dat de knotwilgen leefgebied voor vogels, dat wil zeggen nest- of slaapgelegenheid, bieden. Verder staan ze natuurlijk fraai in het landschap. Aan het eind van de ochtend waren alle bomen gedaan. En alle takken opgeruimd.

Orchideeën terug in de Foeperpot
De bekroning van de inspanningen van de vrijwilligers was de ontdekking in 1996 van de Rietorchis en een jaar later van de Gevlekte orchis. Na 25 jaar afwezigheid zijn deze soorten weer teruggekeerd in de Foeperpot. Dit is bijzonder, omdat orchideeën alleen maar kunnen kiemen en groeien, wanneer er een bepaalde schimmel in de grond voorkomt waarmee de plant in symbiose leeft. Deze schimmels stellen hoge eisen aan de omgeving. [Daarom sterven uitgestoken orchideeën ook snel af als ze in een gewone tuin worden geplant.] De Foeperpot heeft blijkbaar weer een geschikt milieu voor de schimmel en dus voor de orchidee.
Ook de dierenwereld profiteert van de Foeperpot. In de winter is de Grote gele kwikstaart langs de beek te vinden. Ook Watersnip, Bokje, Waterral, Egel en Haas verblijven er zo nu en dan. En ook de IJsvogel wordt er waargenomen.

Nog meer bijzondere planten
In juni 2000 heeft de plantenwerkgroep Nijmegen van de KNNV (Koninklijke Natuurhistorische Vereniging) een inventarisatie gemaakt van de planten in de Foeperpot. Het resultaat was verbluffend: maar liefst 134 soorten werden er geteld, waaronder zeldzame soorten als Kleine zonnedauw en Moeraswolfsklauw. [In een doorsnee-grasland komen hoooguit 10 soorten voor.] En dat op een stukje van nog geen 2 hectare!

Nieuwe bijensoort ontdekt in Foeperpot
Het wachten was op de wetenschappelijke publicatie, het staat nu officieel vast: in 2009 heeft Stijn Schreven een voor Nederland nieuwe bijensoort ontdekt in de Foeperpot. Het gaat om de luzernebehangersbij (Megachile rotundata), een bijtje van nog geen centimeter groot dat zijn leefgebied in Zuid- en Midden-Europa heeft. Enkele jaren geleden zijn ook exemplaren gevonden in Noordrijn-Westfalen. Of de soort zich al echt gevestigd heeft in ons land, is onduidelijk, want er zijn nog geen nieuwe vangsten gedaan. Publicatie in Ned. Faunistische Mededelingen

Publicaties

Verdroging bedreigt natte natuur (2020)
Een artikel in het Groesbeeks Milieujournaal 180-181 (oktober 2020) over veranderingen in de vegetatie van de natte natuur in Groesbeek o.a. in de Foeperpot als gevolg van de drie opeenvolgende droge jaren.

25 jaar Foeperpot, deel 1: de vegetatie
Gepubliceerd in het Groesbeeks Milieujournaal nr. 152 (jaar 2013).

15 jaar vegetatieontwikkeling in de Foeperpot (deel 1)
Gepubliceerd in het Groesbeeks Milieujournaal nr. 113 (jaar 2003).

15 jaar vegetatieontwikkeling in de Foeperpot (deel 2)
Gepubliceerd in het Groesbeeks Milieujournaal nr. 114 (jaar 2003).

Plantensoorten van de Foeperpot
Een artikel uit het Groesbeeks Milieujournaal nr. 101 (jaar 2000).

Conclusie:
Midden tussen de woonwijken is de Foeperpot uitgegroeid tot een zeer fraai grasland en moerasgebiedje met een hoge biodiversiteit. Dit resultaat kan als voorbeeld dienen voor andere projecten binnen en buiten de gemeente Berg en Dal.

Heeft u belangstelling om mee te helpen bij het beheer van de Foeperpot? Meldt u zich dan bij Landschapsbeheer Groesbeek.